Wat is de betekenis van Fout, onjuistheid?

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fout, onjuistheid

v. (-en), 1. gebrek, verkeerde eigenschap: geen mens is zonder fouten; iem. op zijn fouten wijzen; -— van dieren en zaken gebezigd met betr. tot de welstand en de bruikbaarheid: een hangende staart is een fout bij dit hondenras ; het eerste model van dit toestel had nog vele fouten', 2. verkeerde of laakbare handeling, mis...