Wat is de betekenis van Facto?

2024-04-29
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Facto

zie factum.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Facto

in de facto (Lat.), feitelijk; de jure et de facto, rechtens en feitelijk.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Facto

āre, maken, verrichten.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

facto

→: de facto.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

facto

in de feitelijk; de jure et de -, rechtens en feitelijk.

2024-04-29
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Facto

lat. feitelijk; iure et facto: rechtens en feitelijk.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Facto

FACTO, o. de facto, feitelijk; de jure et de fado, rechtens en feitelijk.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)