Wat is de betekenis van Erfdeel?

2025-05-14
*PREMIUM* Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-05-14
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Erfdeel

o. (...delen). 1. wat iem. als zijn deel uit een nalatenschap toekomt: zijn wettelijk erfdeel. 2. bezit of recht door God toegezegd: de zaligheid is ons erfdeel. 3. fig. in toepassing op eigenschappen die vergeleken worden bij iets dat geërfd is.

2025-05-14
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

erfdeel

(1900) (Antwerpen, sch.) kind dat pas geboren is of verwacht wordt. • Erfdeel, znw., o. - Schertsend voor een kind dat pas geboren is of verwacht wordt. Hij hee' vandaag 'en erfdeel gekregen. Jan verwacht 'en erfdeel. (Jozef Cornelissen & Jan Baptist Vervliet: Idioticon van het Antwerpsch dialect. 1900)

2025-05-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

erfdeel

erfdeel - Zelfstandignaamwoord 1. dat deel van de erfenis dat aan één van de erfgenamen toekomt Zijn erfdeel bestond uit twee landgoederen en hun toebehoor. Woordherkomst samenstelling van erf(werkwoord) en deel

2025-05-14
Senioren ABC

Seniorennet (2017)

Erfdeel

Het erfdeel is het deel van het nalatenschap, de erfenis, die een bepaalde erfgenaam toekomt.

2025-05-14
De Tale Kanaäns woordenboek

J. van Delden (1982)

erfdeel

door God toegezegd bezit.

2025-05-14
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

erfdeel

deel van ‘n oorledene se boedel wat ‘n erfgenaam kry.

2025-05-14
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Erfdeel

s.n., erf (it), erfdiel (it), erfskip (it), erfpoarsje (de & it), part (it); vaderlijk, moederlijk —, heite-, memmepart (it); de vrouw toekomend — wiifspart (it).

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-05-14
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)