Eitje
o. (-s, eiertjes).
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip eitje heeft 5 verschillende betekenissen: 1) vrouwelijke geslachtscel. vrouwelijke geslachtscel waaruit zich, na bevruchting, een nakomeling kan ontwikkelen. Zowel in toepassing op kiemen die hun ontwikkeling buiten het moederlichaam voortzetten als in toepassing op kiemen die zich binnen het moederlichaam ontwikkelen. In deze...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2020-2025)
1) (1986) bijnaam van de Fiat 500. Syn.: het rugzakje*. • Om een uur of acht kwam dan Jef van Gehugten voorrijden met zijn oudmodel Fiat type 'eitje' waar (zonder overjas) soms elf jonge mensen in pasten. (A.F. Th. Van Der Heyden: De sandwich. 1986) • De dwergauto - of zoals u wilt bubblecar, druppel, eitje, rijdende sigaar; de bijnamen...
Wiktionary (2019)
eitje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord ei
Marc de Coster (1999)
Eitje - (oorspr. gebakken eitje), gemakkelijk karweitje; iets dat geen moeite kost. Informeel; aanvankelijk vooral marine- en luchtvaart-slang: een landing als een eitje. Een gemakkelijke tekst, is alom de mening. ‘Een eitje,’ zegt Jouke Schaafsma, 19. de Volkskrant, 15-05-98
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
o. (-s, eiertjes), klein ei of ei als iets kleins of met zekere appreciatie gebruikt: de eitjes van de galmug; een zacht ook fig. voor iets dat moeilijk lijkt maar het niet is; een eitje zonder zout, als aanduiding van iets waar niet veel aan is: een zoentje zonder baard is als een eitje zonder zout; een eitje met iemand te pellen hebben, iets onaa...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: