Eigen lof stinkt
als iemand over zichzelf opschept geeft dat een erg rare indruk
F. Stoett (1977)
lof die men zichzelf toezwaait, is antipathiek, wekt weerzin. Het gebruik van stinken in de zin van: afkeer of tegenzin inboezemen, verfoeilijk zijn, was voorheen zeer algemeen en in ’t bijz. sprak men van stinkende zonden, en bij of voor iemand stinken, b.v.: „haer boose wercken voor Gods aenscijn stincken” (Everaert 13). Het spr...
F.A. Stoett (1923-1925)
D.w.z. de lof, dien men zich zelf toezwaait, wordt niet geacht, eig. staat in een slechten reuk; men moet zich zelf niet prijzen (zie Spreuken 27, vs. 2). Vgl. in het mnl. men seiteyghen lof stinct (Tijdschr. XXI, 202); Doct II, 2427; Lsp. III, 3, 253:Is u ere of doghet geschiet, Dat en suldi voort segghen niet; Want lof in e...
F.A. Stoett
Carolus Tuinman (1726)
Niets is walgelyker, dan dat ymand zich zelven pryst. Dus hebben de Latijnen ons voorgezegt, Propria lausfoetet, offordet. Salomo leerde dat al Spreuken 27: 2. Men zegt van zulk een zelfroemer niet onaardig: Hy moet geen goede buuren hebben; want hy prijst zich zelven.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: