Wat is de betekenis van eendenkooi?

vanginrichting voor wilde eenden. inrichting voor het vangen van wilde eenden, die bestaat uit een omheinde vijver met tamme lokeenden, en een aantal daarop uitkomende, met netten overspannen, smalle sloten waarin men de eenden laat zwemmen. Voorbeelden: Een eendenkooi (soms kortweg kooi genoemd) is van oorsprong een plek waar divers...

eendenkooi - Zelfstandignaamwoord 1. een plaats ingericht voor het vangen van eenden ♢ Vroeger werden eendenkooien gebruikt voor de verkoop van consumptie-eenden, nu vooral voor het ringen van eenden. Woordherkomst samenstelling van eend en kooi met het invoegsel -en-

in een bosje gelegen vijver (wed) voor het vangen van eenden. De eendenkooi is afgezet met rietmatten en omgeven door een hoog opstaand houtgewas. Vanuit het wed lopen 4-5 gebogen slootjes, die zijn afgezet met rietmatten en overdekt met gaas. Zij worden naar het einde toe nauwer en eindigen in een vanghokje. De kooiker lokt de op het wed neergestr...

Een eeuwenoud jachtbedrijf in Frl. Schotanus (1718) geeft op het Fr. vasteland 147 E.en en Eekhoff (ca. 1850) 86, waarvan 62 vervallen. Vanouds is het bedrijf door plakkaten geregeld; krachtens de vigerende Jachtwet zijn de E.en door de minister van Landbouw enz. geregistreerd: in Nederland 33, in Frl. 29: Ameland 2, Dantumadeel 3, Doniawerstal 1,...

is een inrichting voor wilde eendenvangst in ’t groot. De kooivijver (ca 100 X 100 m) ligt midden in een perceel bos (griend). Vanuit de vijver lopen 2-6 vangpijpen, gebogen, doodlopende slootjes (30 X 2 m), overhuifd met netwerk, dat bij het dode eind een fuik vormt. Langs vijver en vangpijpen staan rietschuttingen. Na de broedtijd verzamele...

s., einekoai; kleine —, husse; een — houden, koaikje; houder van een —, koaiker.

v. (-en), stuk land en water ingericht om wilde eenden te vangen, een stelsel van bochtige, nauw uitlopende sloten (pijpen), door een haag of heining omgeven, en waarin een partij roep- of kwaakeenden als lokvogels dienen.

noemt men een grote vijver, met bomen omgeven, die moet dienen om wilde eenden te vangen. Van de vijver gaan 4 of 5 doodlopende slootjes uit, die hoe langer hoe nauwer worden. Deze slootjes, de pijpen, zijn aan het nauwste gedeelte geheel met gaas omgeven. Met behulp van tamme eenden worden de wilde in de vijver gelokt en door een hondje, dat langs...

noemt men een met boomgewas omringde grote vijver, die dienen moet om wilde eenden te vangen. In Nederlandse weidestreken is zij juist door dit geboomte al van verre te herkennen. Van de vijver gaat een 4- of 5-tal doodlopende slootjes uit, de pijpen, die van de vijver af steeds nauwer worden. Om de nauwere gedeelten van deze pijpen is ijzergaas of...