dicteren
dicteren - regelmatig werkwoord uitspraak: dic-te-ren 1. het zeggen, zodat iemand anders het op kan schrijven ♢ de directeur dicteerde de secretaresse een brief Regelmatig werkwoord: dic-te-ren ik dicteer ...
Muiswerk Educatief (2017)
dicteren - regelmatig werkwoord uitspraak: dic-te-ren 1. het zeggen, zodat iemand anders het op kan schrijven ♢ de directeur dicteerde de secretaresse een brief Regelmatig werkwoord: dic-te-ren ik dicteer ...
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[v. Lat. dictare, dictatum, frequentatief van dicere = zeggen] 1 voorlezen of voorzeggen wat iem. moet opschrijven; 2 voorschrijven; voorwaarden opleggen.
Van Dale Uitgevers (1950)
(dicteerde, heeft gedicteerd), (<Fr.Lat.), 1. voorzeggen wat een ander moet opschrijven; (bij uitbr.) in de pen geven; ingeven; 2. voorschrijven : door de omstandigheden gedicteerd; — een vrede dicteren, de vredesvoorwaarden opleggen zonder er over te onderhandelen.
Jacon Kramers Jz (1948)
voorzeggen ter naschrijving; in de pen geven; (ook:) opleggen, toewijzen, bv. een straf.
M. J. Koenen's (1937)
gedicteerd (Fr. [Lat. dictare = yoorzeggenl: voorzeggen, om op te schrijven; ingeven, in de pen geven; v. e. straf: opleggen).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: