Wat is de betekenis van Deeling?

2024-04-26
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Deeling

rekenkundige bewerking, waarbij het quotiënt aangeeft hoeveel malen → deeler op deeltal begrepen is.

2024-04-26
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Deeling

Deeling - A : B, van twee getallen (veeltermen) A en B, is de bepaling van het aantal malen Q, dat B op A begrepen is. A is het deeltal, B de deeler, Q het quotiënt. Bij een niet opgaande deeling is een getal of veelterm R (genaamd rest) te vinden, zoodat A = Q X B + R. v. d. Corput.

2024-04-26
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Deeling

Deeling, - rekenkundige en algebraïsche bewerking. In de rekenkunde wordt bij de deeling van een getal a door een getal b een getal gezocht, dat, met b vermenigvuldigd, a oplevert, bijv. de deeling van 14 door 7 levert 2 (14 : 7 = 2) omdat 2 x 7 = 14. Het getal (14), dat gedeeld wordt (waarop gedeeld wordt), heet: deeltal, het getal (7), waardoor g...

2024-04-26
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Deeling

De bewerking van het deelen; in de rekenkunde: de bewerking die doet kennen hoeveel malen een getal op een ander getal begrepen is.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Deeling

DEELING, v. (-en), het deelen, nl. de bewerking of deelsom de deeling gaat niet op, er blijft eene rest over; — (gemeenz.) we zullen akte van deeling houden, den boel verdeelen; scheiding; (nat. hist.) voortplanting door deeling, ’t zich verdeelen van een eencellig organisme in tweeën. Deelinkje, o. (-s).