Wat is de betekenis van Dacia?

2024-04-29
XYZ van de Grieks-Romeinse Oudheid

Jos Liefrink (1989)

Dacia

Dacia - Romeinse provinde na de twee oorlogen, die keizer Traianus voerde tegen een coalitie van stammen in 106 n.C. Het is de enige provincie ten noorden van de Donau. De Daciërs, die in stamverband leefden en gedeeltelijk de Keltische beschavingsvormen overnamen, waren een landbouwvolk en ontgonnen eveneens goud- en zilvermijnen in de Karpaten. P...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dacia

het gebied ten N. van de beneden-Donau, door Trajanus 101—106 n.C. onderworpen.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Dācia

ae, f., Dacië, d. i. Hongarije ten Oosten van de Theiss, Zevenbergen, Bukowina, Moldavië ten Westen van de Pruth en Walachije.

2024-04-29
Klassiek handwoordenboekje

M.J Koenen en dr. Van Anrooy (1920)

Dacia

thans Zevenburgen in Roemenië, zie Trajanus.

2024-04-29
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dacia

Dacia - Bij de Romeinen het land tusschen de Theiss in het W., het Karpatengebergte in het N., den Donau in het Z. en de Dnjestr in het O. Zijn bewoners waren van Thracische afkomst; Hèrodotus noemt ze Agathyrsen; bij de Grieken heeten ze Geten, bij de Romeinen Daciërs. Onder Claudius zijn zij door de Sarmatische Iazygen achter de Theiss teruggedro...

2024-04-29
Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Dacia

Dacia - Δακία, thans Zevenbergen en Rumenië, rijk aan granen, hout en metalen, werd bewoond door een krijgshaftig thracisch volk (de Daci), dat voortdurend de rom. grenzen bestookte. Zie ook Getae. Domitiānus kocht van hun koning Decebalus den vrede voor eene jaarlijksche schatting; Traiānus echter onderwierp het land i...

Gerelateerde zoekopdrachten