Wat is de betekenis van cafard?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

cafard

tegenslag. teleurstelling; tegenslag. Voorbeelden: Misschien komt hij 's morgens nog meer op dreef, er zijn van die gezonde, geile minnaars. Ach nee, ze is al bevredigd. Voor hoe lang? Daar is de cafard: seks is nooit waar. Lucienne Stassaert, Het zomeruur, 1984 Eerst naar Schubert en dan Mahler - die symfonie ligt nog o...

2024-04-26
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Cafard

Cafard - (Vlaams) de cafard hebben: neerslachtig zijn, terneergeslagen. Een uitdrukking die de Vlaamse studenten overgenomen hebben van hun Waalse collegas en die oorspronkelijk gebruikt werd in het vreemdelin­ genlegioen te Afrika. De cafard of kakkerlak is een nachtinsekt dat zich wil verbergen wanneer het ontdekt wordt.

2024-04-26
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

cafard

melancholie In 1917 heerste aan het front de apathie alom. Vele soldaten leden aan de cafard, een gevoel van algemene neerslachtigheid. (Inge De Bruyne, We zullen ze krijgen! Brancardiers aan het IJzerfront.) In het Frans: 'avoir le cafard'. Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 1 Vlaamsheid: 1

2024-04-26
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

cafard

(de, -s) - de cafard hebben, somber, triest zijn of een kater hebben. Een liedje van Nana Mouskouri, vertaald door Johnny Hoes. Ik zong het vorige maand en ik kreeg ineens de cafard. De tranen sprongen in mijn ogen, liepen over mijn kaken en de mensen kéken... Ik dacht, Christiane, alsjeblieft, hou je in. Maar niks aan te doen....

2024-04-26
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

cafard

Gevoel, toestand, bui van neerslachtigheid, moedeloosheid; de cafard hebben, terneergeslagen zijn, het land hebben aan, ervan balen (gall., naar fr. avoir le cafard). Op dit ogenblik hebben we slechts het recht om te sterven, te zwijgen en zoveel mogelijk te doden. Zwijg, want ik heb nu reeds de cafard, DE COREL 1949, 181. Ik zit maa...

2024-04-26
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

cafard

(Fr.) m. schijnvrome huichelaar.

2024-04-26
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

cafard

cafard - m., ongeloovige, huichelaar.