Wat is de betekenis van braken af?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

braken af

braken af - Werkwoord 1. meervoud verleden tijd van afbreken ♢Wij braken af ♢Jullie braken af ♢Zij braken af Woordherkomst uit braken (werkwoord) en af(bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan