Wat is de betekenis van Boterpeer?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Boterpeer

v. (...peren), soort van peer die geurig, groot, sappig en smeltend in de mond is.

2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Boterpeer

s., donjeneel, bûterpar.

2025-07-17
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

boterpeer

v. boterperen (naam ener zeer sappige peer).

2025-07-17
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

boterpeer

v. (...peren) soort van langwerpig ronde peer, met zacht, sappig vlees. Syn. beurré.

2025-07-17
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Boterpeer

Naam van een aantal smakelijke peren, van een langwerpig ronde gedaante, met zeer zacht en sappig, als op de tong smeltend vleesch, en vooral gebruikt als tafelperen; zij groeien aan kleine boomen, die zeer gevoelig zijn voor koude en een vetten, drogen grond verlangen. De voornaamste soorten zijn de engelsrhe B. (langwerpig eivormig, met roode vle...

2025-07-17
Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Boterpeer

Boterpeer is de naam eener afdeeling van zeer smakelijke peren, die eene langwerpig-ronde gedaante hebben en vrij groot zijn. Haar vleesch is zoo zacht en sappig, dat het op de tong smelt, en het is te­vens geurig en fijn van smaak, zoodat zij uitnemend geschikt zijn voor tafelperen. De boomen blijven klein en zijn gevoelig voor felle koude....

Gerelateerde zoekopdrachten