-bestendig(heid)
In het Nederlands betekent bestendig ‘duurzaam’, ‘blijvend’, bijv. ‘een bestendige kleur’, ‘bestendig weer'. Soms wordt het echter in navolging van het Duits (‘-beständig(keit)’) als tweede lid van een samenstelling gebruikt, vooral in technische woorden, zoals in corrosie-, hitte-, kr...