Bedrijvende vorm
In een zin in de bedrijvende (of: actieve) vorm is het grammaticale onderwerp gelijk aan de persoon of zaak die de in het gezegde uitgedrukte handeling verricht. Voorbeelden: (1) Het voltallige gezelschap vertrok naar de kermis. (2a) Met eenvoudige middelen maakten ze er iets moois van. Een zin in de bedrijvende vorm met een lijdend voorwerp (zoals...