Wat is de betekenis van Banden?

2024-04-28
Formule 1

Mischa Bijenhof (2022)

Banden

De prestaties van een Formule 1-auto worden voor een belangrijk deel bepaald door de banden. Op een personenauto kijk je er nauwelijks naar om, maar op een Formule 1-auto spelen de banden een enorme rol. Sinds 1971 rijden Formule 1-auto’s op slicks: profielloze banden die een enorme hoeveelheid grip bieden, mits ze op de juiste bedrijfstemper...

2024-04-28
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Banden

ligamenten, meestal heel sterke pezige bindweefselstroken die twee delen van het spier-skeletstelsel zodanig verbinden, dat alleen bewegingen mogelijk zijn, waarbij de verbonden delen zich niet verder van elkaar af bewegen. Zij lopen dus vaak, als versterkte delen van de gewrichtskapsels, over een gewricht heen. Soms is hun steunfunctie ook anders...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Banden

(bandde, heeft gehand), 1. (gewr.) korenschoven binden ; 2. (Zuidn.) hoepelen.

2024-04-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Banden

Banden - aan een biljart zijn veerkrachtige rubber randen, overtrokken met laken, die de biljarttafel omlijsten.

2024-04-28
Polulaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Banden

ligamenten, de vliezige of pezige strooken en strengen, welke de organen onderling verbinden en op hun plaats houden. De leer der banden heet: syndesmologie.

2024-04-28
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Banden

Banden - 1) algem., in de anatomie, zie GEWRICHTSBANDEN. 2) bij het rund, de achterranden van de breede bekkenbanden, die het kruisbeen met de bekken-beenderen verbinden. De verdiepingen tusschen de b. en den aars worden wel koekoeksgaten genoemd, die bij magere dieren sterk verdiept, bij vette dieren gevuld zijn. De b. zijn gewoonlijk strak gespan...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

BANDEN

(bandde, heeft geband), (een zeil) er kruislingsche stootlappen op zetten (thans in onbruik); — (gew.) de korenschooven binden; — (Zuidn.) iem. van een breukband voorzien; — (Zuidn.) hoepelen.

2024-04-28
Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Banden

Banden (ligamenta) zijn vliezige of pees­achtige deelen, die de beenderen en kraak­beenderen met elkander verbinden. De leer dier banden draagt den naam van syndesmologie. De banden bestaan uit sterke witte vezels; zij omgeven de uiteinden der been­deren, die tot een gewricht vereenigd zijn en vormen er gewrichtsbeurzen (ligamenta capsularia...

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Banden

b.w. - Versterken. Een zeil banden, (er kruislingsche stootlappen op zetten.).