Bacchant
[Lat. bacchans] 1 Bacchuspriester, deelnemer aan de Bacchusdienst; 2 dronken en losbandige man.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Lat. bacchans] 1 Bacchuspriester, deelnemer aan de Bacchusdienst; 2 dronken en losbandige man.
M. J. Koenen's (1937)
v. Lat. bacchari = het Bacchusfeest vieren, 1. m. bacchanten (Bacchuspriester, deelnemer aan de Bacchusdienst; wijnzuiper); 2. bacchante, v. bacchanten (opgewonden, in geestvervoering zijnde priesteres van Bacchus; schaamteloze, dronken vrouw).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: