Wat is de betekenis van Autochtoon?

2024-04-19
Begrippenlijst Vreemdelingenbeleid

Ministerie van Justitie (2022)

Autochtoon

Persoon die de nationaliteit heeft van het land waar hij geboren is en waar hij op dat moment ook verblijft.

2024-04-19
CBS begrippenlijst

CBS (2018)

Autochtoon

Persoon van wie de beide ouders in Nederland zijn geboren, ongeacht het land waar men zelf is geboren. Zie ook: Herkomstgroepering, Inwoner

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

autochtoon

autochtoon - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: au-toch-toon 1. van Nederlandse afkomst ♢ deze autochtone leerlingen spreken thuis allemaal Nederlands Bijvoeglijk naamwoord: au-toch-toon de/het autochtone ... ...

2024-04-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Autochtoon

[v. Gr. autos = zelf, en chtoon = aarde, grond, land] (lett.: van de bodem zelf (voortgekomen) I zn oorspronkelijke, vroegstbekende bewoner van een land (vgl. aborigines); II bn inheems; ook: niet van elders geïmporteerd, eigen, bijv.: een autochtone ontwikkeling (tegenst....

2024-04-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Autochtoon

inheems; oorspronkelijke bewoner

2024-04-19
Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

autochtoon

(G., chthoon = aarde), ter plaatse ontstaan, gevormd of afgezet, bv. sediment, ➝allochtoon.

2024-04-19
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Autochtoon

uit het land zelf afkomstig, oorspronkelijk, van eigen bodem.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

autochtoon

(outoch'to:n) [Gr. chthoon, aarde] 1. m. (...tonen) oorspronkelijk bewoner van een land. 2. bn. (...tone) in het land zelf ontstaan : de ...tone dialekten in Noord- en Zuid-Nederland.