arbeidsreserve
...
Marc De Coster (2020-2024)
(eind 19e eeuw) (euf.) de gezamenlijke werklozen; arbeidskrachten die geen werk hebben. De Winkler Prins Encyclopedie (1948) formuleerde het zo: “Arbeidsreserve noemt men in Nederland sinds Wereldoorlog II het complex van valide werkloze arbeiders in een gemeente, die zich gereed moeten houden om het werk te hervatten, waarvoor zij geschikt z...
Wiktionary (2019)
arbeidsreserve - Zelfstandignaamwoord 1. (economie) (eufemisme) de groep van mensen die betaald werk kunnen en willen doen maar niet of nog niet werken ♢ Verlies van duizenden banen dreigt ook in de zonne-energiebranche. Oorzaak: concurrentie vanuit China en weggevallen staatssubsidies. Werknemers van de luch...
H. van Lieshout (2007)
Mensen die eventueel beschikbaar zijn voor werk of voor meer werk, maar niet daarvoor staan ingeschreven bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI).
Marc de Coster (2004)
Oorspronkelijk een eufemisme voor de gezamenlijke werklozen. Deze term, die begin jaren zestig gelanceerd werd (opgenomen in het Winkler Prins Jaarboek van 1960), werd vanouds geassocieerd met een klein aantal werklozen, daar waar dit aantal de laatste jaren steeds is gestegen. Tegenwoordig is de eufemistische betekenis wat verloren gegaan. In elk...
Drs. J. Heemstra & Drs. H.E. Wijnberg (1991)
Politieke term met betrekking tot de arbeidsmarkt. Het aantal arbeidskrachten dat geen werk heeft.
Redactie Ensie (1990)
De geregistreerde arbeidsreserve geeft het aantal beschikbare werkloze arbeidskrachten aan. De arbeidsmarkt is redelijk evenwichtig als het werkloosheidspercentage niet boven de twee a drie procent van de beroepsbevolking uitkomt. Soms wordt het begrip arbeidsreserve uitgebreid met iedereen die nog aan het arbeidsproces zou kunnen deelnemen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: