Afzouten
v., ôfsâltsje.
Van Dale Uitgevers (1950)
(zoutte af, heeft afgezouten), 1. (wat gezout moet worden) geheel en voldoende zouten; alles afdoen wat er te zouten valt ; 2. (gemeenz., veroud.) afschepen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Afzouten - op ruwe wijze van zich wegzenden. In het N. en O. van ons land bet. a. de kinderen, die te oud geworden zijn voor het ontvangen van St. Nicolaasgeschenken, met een zakje met zout afschepen. Het zout schijnt beschouwd te zijn als het symbool der wijsheid. Zie E. Verwijs, Sinterklaas, blz. 46.
J.H. van Dale (1898)
Het begrip afzouten heeft 2 verschillende betekenissen: 1. afzouten - Afzouten (zoutte af, heeft afgezouten), (groenten, vleesch, visch, boter, huiden enz.) geheel en voldoende zouten; — alles afdoen wat er te zouten valt. 2. afzouten - Afzouten (zoutte af, heeft afgezouten), (in Friesl. Gron. en Overijsel) (kinderen) in plaats van geschenk...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: