Wat is de betekenis van Afscheuren?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afscheuren

afscheuren - Werkwoord 1. ergatief door een scheurbeweging van een groter geheel losraken Als ze die plaat daar zo laten hangen scheurt er vanzelf een stuk af. 2. (ov) met een scheurbeweging losmaken Kun je van dat vel nog wat stukken afscheuren?...

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afscheuren

v., ôfskuorre, ôfropje, -roppe.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afscheuren

(scheurde af, heeft en is afgescheurd),. 1. door scheuren van iets scheiden, aftrekken : een lap van een stuk linnen af scheuren ; met geweld afrukken : hij scheurde de pleister van de wonl af ; — iem. de klederen van het lijf afscheuren, met geweld van het lijf rukken ; het aanplakbiljet was door het volk afgescheurd,...

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afscheuren

('af) (scheurde af, afgescheurd) I. (heeft) 1. scheurend afrukken : een lap van een doek –. Syn. →: afrukken. 2. met geweld afrukken : kinderen van hun ouders –; zich van een kerkgenootschap –; niet van iemand af te scheuren zijn, aan hem zeer gehecht zijn. II. (is) door te scheuren losgaan : het gordijn begint af te sc...

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Afscheuren

AFSCHEUREN, (scheurde af, heeft en is afgescheurd), met geweld afrukken, zóó, dat er bij de plotselinge scheiding eene scheuring of verbreking van deelen plaats heeft: een lap van een stuk linnen afscheuren; hij scheurde de pleister van de wond af; ook het gordijn begint boven af te scheuren, gaat los door te scheuren, scheurt van zel...

2024-04-29
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Afscheuren

zie Afrukken.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)