Vooral de grote, ronde, bolle en schitterend goudkleurige ogen verraden de nachtelijke leefwijze van de doeroecoeli – die daarmee een uitzondering in de apenwereld is. Zoals bij alle dieren die hun activiteiten in het duister ontplooien, zijn ook bij hem de ogen zo ontwikkeld dat het minste sprankeltje licht voldoende is om goed te kunnen zien.
In een voor ons diepzwarte duisternis weet het dier zelfs nog vliegende insekten te vangen. Natuurlijk is het dan niet zo donker als het voor ons lijkt; in volslagen duisternis kan geen enkel dier zien, hoe goed zijn ogen ook zijn aangepast. Doeroecoeli’s zijn aantrekkelijke dieren die de toeschouwer direct voor zich innemen. In een normaal verblijf in de dierentuin is er overdag, als ze zich er thuisvoelen, weinig meer van ze te zien dan de rug. Ineengedoken, de kop op de voorpoten rustend, doen ze een dutje. Ze slapen niet vast; elk ongewoon geluidje tovert direct het ronde kopje met de grote, argwanende ogen te voorschijn.
Meer plezier beleeft men van ze in de tuin waar men de beschikking heeft over een nachtdierenhuis. Daar leven de dieren overdag in de kunstmatige nachtelijke schemering die ze tot activiteit brengt. Dan blijken ze helemaal niet plomp te zijn, maar een slank lichaam te hebben dat op vrij lange poten staat – de achterste ledematen nog wat langer dan de voorste waardoor bij normaal lopen het achterlichaam hoger is dan de kop. Ook blijken ze goed te kunnen springen en snel over de takken te kunnen vooruitkomen. Verbluffend is het aantal geluiden dat ze maken. Ze schijnen er geen geluid op na te houden dat typerend is voor de soort. Elk individu laat zich bij gevaar, bij opwinding of zo maar, op zijn eigen manier horen en kan plotseling geheel nieuwe kreten uitstoten. De geluiden variëren van sissen, piepen en fluiten tot een hard, doordringend en galmend geblaf, gemiauw en zwaar gebrom of gegrom. Heel wat reizigers in Zuid-Amerika hebben zich ’s nachts afgevraagd, welk roofdier er om hun tent sloop.
■ Totale lengte 65-90 cm; staart 30-40 cm; gewicht 800-1000 gr.
Variërend van grijsbruin tot roodbruin. Boven ogen lichte vlekken die in halfduister indruk van echte ogen wekken.
Voedsel: Vruchten, bessen, noten, insekten, slakken, vogels, eieren enz.
Draagtijd onbekend. Zijn in gevangenschap wel enkele malen geboren. Jongen bij geboorte ong. 100 gr; zijn eerste weken hulpeloos.
Dikke zachte vacht. Oren zijn vrijwel in haar verborgen. Wordt ook wel uilaap en nachtaap genoemd.
Zie ook nachtdieren en apen.
Owl Monkey, Douroucouli • Nachtaffe • Singe nocturne
Aotus trivirgatus.