Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

visser

betekenis & definitie

Het begrip visser heeft 3 verschillende betekenissen:

1) iemand die vist.
iemand die zich voor zijn beroep bezighoudt met het vangen van vissen; iemand die voor zijn beroep vis vangt; iemand die vist; ook: het beroep van visser.

2) iemand die vist als hobby.
iemand die uit liefhebberij in wedstrijdverband of als individuele vrijetijdsbesteding vissen probeert te vangen, meestal met een hengel maar soms ook met andere vistuig en vaak met professionele vistechnieken; iemand die vist uit liefhebberij; iemand die vist als hobby; iemand die hengelt; hengelaar.

3) dier dat op vis aast.
dier dat op vis aast; dier dat vist.