magnaat.
man die aan de top staat van een wereldconcern; magnaat.
Voorbeelden:
Het eind van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw was de tijd van tycoons. Grote ondernemingen werden geleid door mannen met nog grotere ego's; Carnegie is daarvan een goed voorbeeld, Rockefeller en Ford ook. Mannen met visie die geen tegenspraak duldden.
http://www.pw-akkerman.nl/merken/Montblanc/02_4810/11_Carnegie/4810_Carnegie.htm
Aanvankelijk werd de industrie gedomineerd door tycoons, "captains of industry", die alleen of met hun familie enorme ondernemingen controleerden. Toen zij het tijdelijke met het eeuwige verwisselden, werden ze veelal opgevolgd door managers die geen eigenaars waren. Het aandeelhouderschap raakte meer en meer versnipperd.
De Standaard, 1996
Vooral de Waalse financier Albert Frère, de voorzitter van de Groep Brussel Lambert (GBL), hield de tongen gaande. Nadat hij begin vorige maand buitenspel gezet leek door de alliantie die het Franse Havas had gesloten met Canal Plus, de Duitse groep Bertelsmann en BSkyB van de Australische tycoon Rupert Murdoch, maakte hij deze week een spectaculaire comeback.
De Standaard, 1996