Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

taaldocent

betekenis & definitie

iemand die taalonderwijs geeft.

iemand die voor zijn beroep taalonderwijs geeft; leraar talen.

Voorbeelden:
Het belang van vormen en structuren, en het correct gebruik ervan (" accuracy"), werd traditioneel overschat. Voor vele taaldocenten was de taal eigenlijk de grammatica! In de moderne taaltraining zijn daar echter flink wat taalaspecten bij gekomen, die ook allemaal aandacht en tijd opeisen.
http://www.linguarama.nl/nederlands/vis-state.php

Bent u taaldocent en heeft u te maken met (v)mbo leerlingen die kampen met taalachterstanden? In deze training vergroot u uw competenties op het gebied van taalverwerving, zodat u leerlingen met een taalachterstand beter kunt begeleiden.
http://www.ice-opleidingen.nl/van-taaldocent-naar-taalcoach-146.html, 2009

Twee dagen kongresseerden taaldocenten en "internationalizeringsmedewerkers" van universiteiten uit dertien Europese kleine en middelgrote taalgemeenschappen in de Universitaire Fakulteiten Sint-Ignatius over het thema: kulturele en taalkundige voorbereiding van uitwisselingsstudenten.
De Standaard, 1996