Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

slof

betekenis & definitie

Het begrip slof heeft 8 verschillende betekenissen:

1) slappe pantoffel.
slappe pantoffel zonder hak, die meestal in huis wordt gedragen om de voet warm te houden; slap stuk schoeisel zonder hak.

2) voetbalschoen.
schoen die gebruikt wordt om mee te voetballen; schoen die gedragen wordt in het voetbalspel; schoen die gedragen wordt bij het voetballen; voetbalschoen.

3) langwerpig pak met sigaretten.
langwerpig pak met een aantal pakjes sigaretten, meestal tien.
Vooral in de combinatie een slof sigaretten.

4) langwerpig gebak.
langwerpig gebak, meestal een omhulsel of een bodem van deeg of koek met daarin of daarop een vulling, vaak van vruchten.
Vooral in enkele samenstellingen gebruikt.

5) het sloffen.
het sloffen; de handeling van het sloffen; het sloffend lopen; trage voortgang.
Alleen in een vaste verbinding.

6) hulpteugel bij het paardrijden.
hulpteugel bij het paardrijden; slofteugel.

7) slordig.
slordig.

8) slap.
slap; oud.
Slechts in enkele combinaties, vooral regionaal, gebruikt.