Het begrip slager heeft 2 verschillende betekenissen:
1) winkelier die vlees verkoopt.
iemand die voor zijn beroep een winkel uitbaat waar vlees en producten op basis van vlees worden verkocht; winkelier die vlees verkoopt.
2) iemand die door slaan iets maakt.
als tweede lid in samenstellingen: iemand die door middel van slaan of slaande bewegingen voor zijn beroep iets vervaardigt, zoals een koperslager, muntslager, olieslager of touwslager.