Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

sint-bernardshond

betekenis & definitie

grote Zwitserse hond.

hond met een grote gestalte en een zware bouw, een zwaar hoofd met een korte neus, een wat hangende huid en driehoekige hangende oren, een lange hangende staart en een roodbruine vacht met witte borst en poten, die vroeger werd gebruikt als reddingshond voor in de sneeuw verdwaalde reizigers in de Alpen, maar die nu vooral wordt gehouden als gezelschapshond; sint-bernard.

Voorbeelden:
Hij was geen hondenman, deze Wepper. Katten, geiten, koeien, paarden, niets op tegen. Maar honden ... Eenmaal had hij bij andere mensen een sint-bernardshond gezien waarvan hij dacht: dat gaat. Een lobbes die zich gedekt hield, alleen maar lag, eigenlijk meer een ademend tapijt.
Herman Pieter de Boer, Het damesorkest en andere stadsverhalen, 1977

De sint-bernardshond is zijn oorspronkelijke functie kwijtgespeeld. De verspreiding van ski's maakte het trekken van loopgangen door de sneeuw, waarvoor deze hond-met-brede-borst vooral werd ingezet, overbodig. En voor reddingsopdrachten is de lichtere scheper nuttiger.
De Standaard, 1996

Dat alles voor een abominabel belicht en anderszins pover uitgevoerd poppenfilmpje, dat begint met een met Duits accent sprekende sint-bernardshond en ons vervolgens laat kennismaken met 'een volkomen geflipte koninklijke familie in een land hier niet ver vandaan'.
NRC, 2003

< >