Het begrip principaal heeft 5 verschillende betekenissen:
1) opdrachtgever.
iemand die aan een uitvoerder de opdracht geeft tot een werk; opdrachtgever.
2) volmachtgever.
iemand die een machtiging verleent aan iemand anders om zijn zaken te beheren; volmachtgever.
3) schooldirecteur.
directeur van een rooms-katholieke middelbare school.
4) prestant.
basisregister van een orgel; prestant.
5) belangrijkste.
het voornaamste element van iets uitmakend; belangrijkste.