eenvoudig koekje.
eenvoudig koekje zonder veel versiering.
Voorbeelden:
In "Welgelegen" woonden de Beumers, een gepensioneerde, ziekelijke procuratiehouder met zijn vrouw, waar hij wel eens binnenliep en dan een kop thee met een koekje kreeg, dat zij "kaakje" noemden.
Harry Mulisch, De aanslag, 1983
De heren dronken nog een keer thee en aten er ditmaal een kaakje bij.
J.M.A. Biesheuvel, De steen der wijzen, 1983