antwoord op een repliek.
antwoord van een opponent in een discussie of van een verweerder in een juridische procedure op een voorafgaande repliek.
Voorbeelden:
Twee weken later mengde hij zich in een discussie in De Volkskrant over de laatste woorden van Willem van Oranje, die door Charles Vergeer in twijfel waren getrokken [...]. Vergeer reageerde met een volle pagina, wat hem een vernietigende dupliek opleverde, die [...] aan een groot aantal historici en hoofdredacteuren werd toegestuurd. Tot Jans woede [...] werd die dupliek zonder plaatsing aan Vergeer doorgestuurd.
J.J. Voskuil, Requiem voor een vriend, 2002
Eerst komen de kamerleden aan het woord. De minister of staatssecretaris reageert hierop. Dat heet de eerste termijn. Meestal zijn dan niet alle vragen voldoende beantwoord. Daarom volgt nog een tweede termijn: opnieuw voeren verschillende kamerleden het woord. De bewindspersoon geeft hierop weer antwoord. Dit wordt ook wel repliek (de Kamer) en dupliek (de bewindspersoon) genoemd [...]. Vooral in tweede termijn worden sprekers meestal onderbroken in hun betoog.
http://www.tweede-kamer.nl/