Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

badmeester

betekenis & definitie

toezichthouder in een zwembad.

man die voor zijn beroep toezicht houdt in een zwembad; toezichthouder in een zwembad.

Voorbeelden:
Vooral kinderen willen wel eens aan de aandacht van badmeesters ontsnappen en onopgemerkt in een zwembad blijven liggen.
Algemeen Dagblad, 24 februari 2004

Maar ja, toen ineens kwam de badmeester er bij en hij riep ons er uit, omdat we niet zonder badmuts mochten zwemmen.
Yvonne Keuls, Het verrotte leven van Floortje Bloem, 1982

De badmeester is de mooiste man die ik in tijden heb gezien. Niets van het hanige spiervertoon dat je associeert met het woord badmeester. Klein, kompakt en smal, spieren vlak onder zijn vel, een ontroerende streep haartjes tussen zijn navel en zijn verschoten zwembroekje.
Anja Meulenbelt, De schaamte voorbij, 1980

"Van de kern van tachtig tot honderd reljongeren in de westelijke tuinsteden wordt door de politie alle feiten geregistreerd. Overlast bezorgen in het Sloterparkbad, baldadigheden op het station, herrie maken in de tram, de badmeester in het water gooien: het komt allemaal in het sfeerverbaal."
de Volkskrant, 2001

"Bij grote, slecht overzichtelijke baden moet je het detectiesysteem altijd inbouwen", vindt directeur Paul Coppes van de Stichting Zwembadkeur [...]. "Voor ons blijft het uitgangspunt dat de automatische detectie nooit ten koste mag gaan van normaal toezicht. Je hebt altijd eerst de badmeester en daarna komt pas de elektronica."
Algemeen Dagblad, 2004