Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

badkuip

betekenis & definitie

kuip waarin je kunt baden.

porseleinen kuip in de badkamer waarin iemand zittend of liggend kan baden; kuip waarin je kunt baden; kuip waarin je een bad neemt.

Voorbeelden:
Nu eens fijn in dat grote bad, er ging toch maar niets boven goed gewassen, fris en schoon. Axel Dolmy boog zich over de badkuip en draaide de kraan open.
Herman Pieter de Boer, De nymfentrein en andere verhalen, 1981

Mijn moeder heeft me een keer voorgelezen over Napoleon die in ballingschap eindeloos in bad lag. Zo voel ik me ook. Net als Napoleon, en dat een bende barbaren mij mijn rijk heeft afgenomen en zelfs mijn paard. Ik wil mijn wapenrusting afleggen en in de badkuip gaan weken totdat mijn vingertoppen gaan rimpelen en ik me in dik katoen kan hullen om de rest van mijn leven te slapen.
Mary Karr, Cherry, 2001

Door haar snikken heen hoorde ze even later het opendraaien van kranen in de badkamer en het gekletter van water op de bodem van de badkuip. Haar bovenlijf kwam als vanzelf overeind en met de zakdoek in haar hand geklemd, starend, zonder te beseffen waarnaar, luisterde ze naar de geluiden van iemand die in bad ging.
Mensje van Keulen, Overspel, 1982