Wat is de betekenis van badmeester?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

badmeester

toezichthouder in een zwembad. man die voor zijn beroep toezicht houdt in een zwembad; toezichthouder in een zwembad. Voorbeelden: Vooral kinderen willen wel eens aan de aandacht van badmeesters ontsnappen en onopgemerkt in een zwembad blijven liggen. Algemeen Dagblad, 24 februari 2004 Maar ja, toen ineens kwam de badmeester...

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

badmeester

1) (1968) (penitentiaire inrichtingen) iemand die werkt in 'het bad' (de afdeling waar gedetineerden de inrichting binnenkomen, vanaf bijvoorbeeld een politiebureau of de rechtszaal). • Bij de badmeester moet je je spiernaakt uitkleden en dan in je blote reet een stukje door een gang lopen om te douchen. (Haring Arie:...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

badmeester

badmeester - zelfstandig naamwoord uitspraak: bad-mees-ter 1. iemand die toezicht houdt in een zwembad ♢ de badmeester redde een kind dat niet kon zwemmen Zelfstandig naamwoord: bad-mees-ter de badmeester ...

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Badmeester

m. (-s), persoon die in een badinrichting of op een badplaats het toezicht heeft.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

badmeester

m. badmeesters (man, belast met het oppertoezicht in een badinrichting).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

badmeester

('bat) m. (-s) man die het oppertoezicht heeft in een badinrichting.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Badmeester

m. (-s), persoon die in een badinrichting of op een badplaats het toezicht heeft.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)