brede band tussen architraaf en kroonlijst aan het hoofdgestel van een antieke tempel. In de bouworden neemt het Dorische fries, ingedeeld in trigliefen en metopen, een aparte plaats in.
In de Korinthische orde vormt het fries een band met doorlopend ornament of beeldhouwwerk. Deze laatste verwerking wordt in de meubelkunst het meest aangetroffen; meestal is het dan tevens front van een of meer laden. De term wordt in de toegepaste kunsten dikwijls gebezigd voor iedere min of meer brede, geornamenteerde rand.