tot het midden van de 17de eeuw het meest gebruikte meubelhout. Eikehout is een harde houtsoort en heeft een tamelijk open nerf en grote glanzende spiegels.
Na het midden van de 17de eeuw begon men de oppervlakte van deftig meubilair met exotische houtsoorten te beplakken: als blindhout bleef men echter ook daarna, in Nederland althans, vrijwel uitsluitend eikehout gebruiken. In Engeland en Frankrijk werden als blindhout echter ook wel witte houtsoorten gebruikt, zelfs voor meubilair van kwaliteit. Het eikehout werd vrijwel nimmer gekleurd, maar in de blanke was gehouden: de diepe bruine kleur is een gevolg van het nadonkeren van het hout. Alleen tijdens empire en Biedermeier worden eiken volksmeubelen vaak rood gebeitst en gepolitoerd om op mahoniehout te lijken. Het oude Hollandse eikehout werd voor een deel ingevoerd uit Duitsland en de Baltische staten.
