1. (plantk.) Laag cellen, in de zich ontwikkelende helmknoppen tussen de wand en de stuifmeelvormende cellen (archespoor) gelegen. Zij zijn rijk aan protoplasma en dragen bij tot de voeding en exinevorming van de stuifmeelkorrels.
2. (dierk.) Achter in het oog ziet men, als men met een oogspiegel door de pupil kijkt, een fraai gekleurd. oplichtend beeld, het t., dat karakteristiek is voor het dier.