plataan, fam. Platanaceae.
Grote bomen, gekenmerkt door een pleksgewijze afschilferende schors, gebruikt als park- en laanboom. Zij hebben grote, handdelige bladeren en bolvormige bloeiwijzen, die bij 2-3 tegelijk aan een lange steel hangen. De fijne schutbladen van de vruchtwijze kunnen bij sommige personen allergische, op verkoudheid gelijkende, verschijnselen veroorzaken. Het hout is niet erg duurzaam, doch goed splijtbaar: het werkt weinig en kan gemakkelijk gepolitoerd worden, zodat het geschikt is voor de meubelindustrie enz.De meest bekende soort is P.acerifolia Willd., waarschijnlijk een bastaard tussen P.occidentalis L. en P. orientalis L., die in Eur. veel als straal- en parkboom aangeplant wordt, omdat hij goed bestand is tegen stof, rook en schadelijke gassen en zich goed laat snoeien. Gekenmerkt door de grote afschilferende schorsplaten met geel-groene onderschors en 3-5-lobbige bladeren.