O. worden voorn. in verwarmingsketels gebruikt voor het verbranden van stookolie. In principe zijn het toestellen, waarmee de olie voor verbranding wordt gereed gemaakt, d.w.z. dat de olie fijn wordt verdeeld en goed wordt vermengd met lucht (zuurstof), waardoor de verbranding gemakkelijk kan plaatsvinden.
O. kunnen niet-automatisch, half-automatisch (met de hand aansteken) of geheel automatisch zijn. O. worden onderscheiden in:1) Bakbranders, waarbij de olie in een bak loopt. De olie verdampt door verhitting, en kan zodoende gemakkelijk verbranden.
(2) Luchtverstuivings- of compressorbranders, waarbij het verstuiven van olie plaats vindt d.m.v. lucht. De luchtdruk kan al naargelang het type sterk variëren.
(3) Oliedrukverstuivingsbranders, waarbij de verstuiving plaats vindt door de olie onder druk te brengen.
(4) Rotatie-, centrifugaal-, of komverstuivingsbranders, waarbij de verstuiving geschiedt door een snel ronddraaiend komvormig lichaam.
De capaciteit van de o. kan variëren van ca 1-100 l te verstoken olie/uur.