Bij de l. moet rekening worden gehouden met de in de C.A.O. vastgestelde week- of uurlonen en de toeslagen. Tezamen leveren deze het bruto-loon op.
Van dit bruto-loon moet door de Ned. werkgever de halve pensioenpremie worden afgehouden. Voorts mag 1 % premie voor de Ziektewet en moet 1,8% premie voor het Ziekenfondsbesluit van het brutoloon worden afgehouden. Verder moet loonbelasting worden ingehouden. De loonbelasting moet berekend worden van: het brutoloon, verminderd met Ziektewet- en Pensioenpremie en vermeerderd met de aanspraak op kinderbijslag. Tegelijk met de loonbelasting moet de Vereveningsheffing worden afgedragen. De Vereveningsheffing bedraagt 4 ½ % van het brutoloon, verminderd met Ziektewet- en Pensioenpremie.
De Vereveningsheffing komt echter geheel ten laste van de werkgever. Ten slotte moet de werkgever rekening houden met de in de C.A.O. vastgelegde vergoedingen (o.a. rijwiel- en kledingsslijtage-vergoedingen). Deze vergoedingen vallen geheel buiten de loonberekeningen.
De Ned. werkgever moet dus het volgende doen:
a. de loonberekening opstellen;
b. zegel voor bedrijfspensioenfonds plakken;
c. rentezegels plakken;
d. ziekenfondscoupon verstrekken; voorts:
e. eens per half jaar de loonstaat invullen en opsturen aan de bedrijfsvereniging c.q de Raad van Arbeid;
ƒ. per kwartaal de loonbelasting en Vereveningshefltng afdragen aan de Ontvanger der Directe Belastingen, alsmede de aangifte hiervoor opzenden aan de Inspecteur van Belastingen;
g. over het afgelopen jaar de loonstaten, verzamelstaat en loonbelastingkaarten volledig opzenden aan de Inspecteur van Belastingen.