Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 18-11-2021

Kolder

betekenis & definitie

1. (diergeneesk.) K. is meestal stille k., een paardenzickte, zich uitende in sufheid en slaperigheid. De oorzaak is meestal gelegen in een te grote vochtophoping in de hersenholte of een hersenontsteking, waarbij vergiften of hersenbloedingen eveneens een rol kunnen spelen.

Paarden met stille k. reageren veelal niet op hun omgeving, blijven met gekruiste voorbenen staan, houden hooi, dat men ze in de bek doet, stil vast, zonder het te kauwen, steken bij het drinken de kop veel te diep in het water, reageren niet op teugelhulpen enz. Soms komt razende k. voor, welke gepaard gaat met heftige verschijnselen van opwinding.Stille k. gaat soms ineens in razende k. over en omgekeerd, zodat de oorzaak van beide veelal dezelfde is.

Lit.: J. WESTKR, Orgaanziekten bij de grote huisdieren.

2. (bosb.) Houtsortiment, nl. palen met schors voor steigers, topdikte 12- 15 cm, lengten 3,4, 4, 4,5 en 6 m, het ondereinde aan vier zijden gedeeltelijk beslagen.

< >