is de tijdsduur, die zaad nodig heeft om te kiemen. Deze k. is voor verschillende zaadsoorten zeer verschillend.
Hij is echter ook voor een bepaalde zaadsoort geen constante. Zo is hij afhankelijk van de wijze van kiemen, van de ouderdom van het zaad, van de herkomst van het zaad en van talrijke andere in- en uitwendige factoren. Toch is voor de meest gebruikte land-, tuin- en bosbouwzaden de k. voor een normale kieming vastgesteld, bij klaverzaden b.v. 10 dagen, bij granen 7 dagen, bij diverse soorten graszaden loopt de k. uiteen van 12 tot 28 dagen.