Speciaal aangelegde bedden, waarop zaden te kiemen worden gelegd met het doel de zich daaruit ontwikkelende plantjes later uit te poten.
Bij het zaadonderzoek in het laboratorium kan het k. of kiemmedium uit verschillend materiaal bestaan. Als k. wordt veelal gebruikt vochtig filtreerpapier, rustend in gesloten glazen schaaltjes (petrischaaltjes), op open geperforeerde zinken bakjes of op bakjes van plastische stof gemaakt.
Ander kiembedmateriaal is: onverglaasd porseleinen schoteltjes, zand of grind, steengruis, flanellen of wollen lapjes, vochtig zaagsel, vermiculite enz. Lang niet alle k. voldoen aan de i.h.a. daaraan te stellen eisen, nl. dat het materiaal in ruime mate voorhanden is, dat het niet zuur of alkalisch mag reageren en dat het chemisch indifferent is (niet aangetast wordt door plantenzuren of zouten, dat het vrij is van planten-kiemen en rottingsorganismen en dat het een goede watercapaciteit bezit.