Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Glazigheid

betekenis & definitie

Eigenschap van sommige plantendelen: ze zijn dan op doorsnede niet melig, doch doorschijnend of glanzend en gewoonlijk ook hard. Men kent deze eigenschap o.a.

(1) bij rijpe zaden; vooral bij granen is er een tegenstelling tussen glazige korrels, welke hard en moeilijk te vermalen zijn en melige korrels. G. ontstaat bij afrijping onder droge of hele omstandigheden en gaat clan samen met eiwitrijkheid. Bij ons treedt het verschijnsel dan ook weinig op, hoewel sommige rassen, vooral op een rijke groeiplaats, ook wel glazige korrels vormen. Bij suikermais is de g. het gevolg van het ontbreken van zetmeel. Ook appels kunnen glazig zijn.

(2) Bij aardappels, wanneer deze in het voorjaar sterk spruiten en onder vochtige omstandigheden verkeren. De consumptiewaarde lijdt er zeer sterk door.

< >