Sciurus vulgaris L., komt vooral in droge bossen in het grootste deel van Ned. voor. Hij is na de tweede wereldoorlog schaars geworden door toenemende jacht i.v.m. de waarde van de pels.
Bovendien zijn de grootste vijanden van de e.: de boommarter en de havik in het O. van het land in aantal toegenomen. De e. wordt tot de schadelijke dieren gerekend, omdat hij eieren en jonge vogels zou eten; ook bijt hij twijgen, knoppen en bast van de bomen. Het voedsel bestaat verder uit eikels, beukennootjes, hazelnoten, dennenappels, paddenstoelen, insecten enz. De e. legt wintervoorraden aan. Om zijn aardige verschijning wordt het diertje zeer door het publiek gewaardeerd en ook wel beschermd.
In België is de e. nog algemeen verspreid, vooral in de bossen van het Ardenner woudland, van Midden België en van de Kempen.