Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Chilisalpeter

betekenis & definitie

(vastgestelde afkorting chs), is een in Chili gewonnen natuurproduct, dat in hoofdzaak uit natriumnitraat (NaNO3) bestaat. Het is een stikstof-meststof, die reeds in de vorige eeuw gebruikt werd.

Chs wordt gevonden in Chili op de O. helling (1000-1600 m boven zee) van het gebergte, dat uit de Stille Oceaan oprijst, dus in het Westelijk deel van de Pampa’s, die tussen dit voorgebergte en de Andesketens ligt. De regenval in deze streken bedraagt gemiddeld minder dan 250 mm per jaar, zodat het oplosbare zout niet wordt uitgespoeld. Over het ontstaan zijn vele hypothesen ontwikkeld, die elk op zich niet geheel sluitend zijn. NOELLER stelt zich de vorming van chs uit zeewater voor.

Weliswaar komen vele zeezouten in de chililagen voor, maar de zee bevat geen NaNO3. Men heeft daarvoor aanvullende hypothesen nodig. OCHSENIUS veronderstelt dat de chilisalpeter-lagen ontstaan zijn als ontledingsproducten van vogelexcrementen en cadavers. Ook zeewier wordt wel als bron genoemd. De aanwezigheid van vulkanen, die stikstofhoudende gassen leveren en ook de electrische ontleding van de atmosfeer, waarbij stikstofoxyden ontstaan, worden wel als hulphypothesen gebruikt.

De afzettingen bestaan uit een aantal lagen, die van boven naar beneden het volgende beeld vertonen:

1. chuca: gips, klei en zouten, ca 25 cm dik;
2. costra: klei, gips en reeds wat nitraat;
3. caliche: ruw natriumnitraat, 0,5-5 m dik;
4. congelo: natriumchloride en natriumsulfaat, klei;
5. gesteente.

De nitraathoudende laag is de caliche, die, wil ze winbaar zijn, minstens 8% NaNO3 moet bevatten. Rijke lagen hebben gehalten tot 50% NaNO3. De winning gebeurt door de chuca en costa te verwijderen, daarna en caliche-laag te laten springen met dynamiet en de grove brokken naar de fabriek te voeren. Daar worden deze gemalen en wordt door omkristallisatie het gezuiverde NaNO3 gewonnen. Daar Na2SO4 en NaCl, de beide hoofdverontreinigingen, een oplosbaarheid hebben, die veel minder van temp. afhankelijk is dan NaNO3, is deze omkristallisatie tamelijk eenvoudig.

Voor de bereiding van de kristal salpeter wordt het SHANKS-proces gebruikt, waarbij grote kristallen gevormd worden. Voor de bereiding van de korrelsalpeter, wordt het Cuggenheim-proces gebruikt. Hierbij ontstaan zeer fijne kristallen. Deze worden gesmolten en daarna verstoven, waarbij het korrelproduct gevormd wordt. Chs is hygroscopisch, zodat het of in grote kristallen óf in korrels verhandeld moet worden om de wateraantrekking zo onschadelijk mogelijk te maken.

Als natuurproduct bevat chs vele bijbestanddelen. Deze hebben i.h.a. een gunstige invloed op de plantengroei. B en J zijn de meest bekende begeleidende elementen, maar in kleine hoeveelheden zijn aangetoond: Al, B, Ca, Cr, K, Cu, Fe, Li, Pb, Mg, Mn, Mo, Pt, Si, Sr, Sn, Ag. Een schadelijke stof die in chs kan voorkomen is het perchloraat. Door een betere zuivering van het natuurproduct komt dit niet meer in het handelsproduct voor. Men stelt in ons land als eis, dat er hoogstens (als KGK),-berekend) 0,4% in de meststof aanwezig mag zijn. Bij deze concentratie is het perchloraat niet schadelijk in het gewas.

Chs is een snel werkende stikstof-meststof, daar ze stikstof in een gemakkelijk opneembare nitraatvorm bevat. Het is daarom voor ‘overbemesting zeer geschikt. Chs is een physiologisch alkalisch werkende meststof, omdat de plant het nitraat-ion sneller opneemt dan het natrium-ion. In de grond ontstaat daarbij natriumbicarbonaat, dat alkalisch reageert. Bij te zure gronden is dit een zeer gunstig effect, omdat met de stikstofbemesting tevens de zuurgraad gunstiger wordt, op te alkalische grond is het een ongunstig neveneffect.

Het is bekend dat een overbemesting met chs bij de Hooghalense ziekte zeer gunstige gevolgen heeft. Het Na-ion, dat in chs in grote hoeveelheden; voorkomt, heeft bij sommige planten cen stimulerend effect op de groei (bieten, haver, sla), voor andere planten is het indifferent. Het Na-ion kan anderzijds de structuur van de grond ongunstig beïnvloeden; vooral bij slempige gronden ontstaat na een chilisalpctergift een korstvorming, die schadelijk voor het gewas kan zijn.

A. C. SCHUFFELEN.