L.. tot de Papilionaceae (Vicieae) behorende, linkswindende, sterk vertakte slingerplant met evengeveerde bladeren en rose bloemen in okselstandige trossen. Vrucht, een peul met rode zaden, deze gewoonlijk met zwarte vlek bij het hilum.
Trop., vooral in bossen nabij de zeekust; ook daar gekweekt. Bladeren (Folia Abri, Ned. Ph. Ed. V.) bevatten glycyrrhizine (evenals zoethoutwortel), in Indon. onder de naam saga tegen ingewandsziekten en hoest in gebruik. Zaden (paternosterboontjes) in verse toestand door toxalbumine (abrine) giftig, gekookt onschadelijk.