Geen stad in Nederland is zo duidelijk door de hand van één architect gevormd als Hilversum. Gemeentearchitect Willem Marinus Dudok, de 'componist van versteende muziek', ontwierp bijna honderd projecten, waaronder twintig scholen, villa's, het Sportpark, vijvers, wegen en twee complete woonwijken. In de Vogelbuurt en de Bloemenbuurt verwezenlijkte hij zijn ideaal om voor de laagstbetaalden praktische en hygiënische woningen te bouwen.
Dudoks beroemdste ontwerp is het raadhuis van Hilversum. Het kubusvormige gebouw, dat zich wonderschoon weerspiegelt in een vijver, verrees tussen 1928 en 1932. Het staat op de lijst van de duizend belangrijkste 20ste-eeuwse gebouwen in de wereld. Die prestigieuze eredivisie is samengesteld door de wereldbond van architecten, de Union Internationale d'Architectur (UIP). Op de lijst komen dertien Nederlandse gebouwen voor.
In het souterrain van het beroemde stadhuis is het Dudok Informatiecentrum gevestigd. Het belicht niet alleen het leven en werk van Dudok en de stedenbouwkundige ontwikkeling van Hilversum, maar is uitgegroeid tot een informatiepunt over moderne architectuur in Nederland. Verder zijn er wisseltentoonstellingen, lezingen, excursies en activiteiten voor kinderen. In het informatiecentrum zijn de beschrijvingen verkrijgbaar van diverse Dudokroutes voor wandelaars, fietsers en automobilisten. Wie onderweg even op adem wil komen of de nieren af wil stoffen kan aanschuiven in Café Dudok.
Dankzij Dudok kreeg het Nieuwe Bouwen in de jaren dertig een kans in Hilversum. Architecten van naam en faam kregen opdrachten. Onder hen K.P.C. de Bazel, P.J.H. Cuypers, Berlage, Elling, Rietveld, Van de Broek en Bakema en Johannes Duiker. Deze laatste exponent van het Nieuwe Bouwen ontwierp in Hilversum onder andere Grand Hotel Gooiland en sanatorium Zonnestraal (1931), dat een plaats kreeg op de prestigieuze UIP-lijst van de belangrijkste 20ste-eeuwse gebouwen in de wereld. Duiker is de enige Nederlandse architect die met twee ontwerpen op de wereldlijst voorkomt. Zie ook: Amsterdamse Openluchtschool*.
De concurrentie van het media-imperium van Endemol vanuit Aalsmeer mag dan groot zijn, toch is Hilversum nog steeds de belangrijkste radio- en televisiestad van Nederland. Verspreid over de stad staan diverse studio's. Wie alles wil weten over de geschiedenis van de Nederlandse radio en televisie moet naar het NAA Omroepmuseum. Op klank- en kleurrijke wijze geeft het een compleet beeld van alles wat zich in omroepland afspeelde. Bezoekers kunnen zappen tussen historische en nieuwe radio- en televisiefragmenten. Voor veel ouderen zal het een feest van herkenning zijn om nog eens te kijken naar Dappere Dodo, De Fabeltjeskrant, Ja Zuster Nee Zuster, Q en Q, Pipo de Clown of Swiebertje. De collectie bestaat verder uit onder andere een televisiedecor, een regiewagen uit 1958, een nostalgische radiowinkeltje en een fonografische verzameling 'van wasrol tot cd'. Adres: Oude Amersfoortseweg 121-131.
TIP: In het gebouw van het NAA Omroepmuseum bevindt zich ook het Smalfilmmuseum, met filmmateriaal uit de tijd van Charlie Chaplin, maar dan van Nederlandse bodem
Pinetum Blijdenstein bezit een van de grootste coniferencollecties ter wereld. Het gaat om 1500 soorten, waaronder 's werelds grootste collectie Ephedra's (34 soorten). De tuin is in 1920 aangelegd door dr. Costerus. Adres: Van der Lindenlaan 125.
