verzamelingen van kleine zwevende waterdruppeltjes of ijskristallen. Deze zijn ontstaan door condensatie van de in de lucht aanwezige waterdamp, voornamelijk door afkoeling van de lucht, soms door verandering van de luchtdruk.
Enige wolksoorten zijn:1.stapelwolken (cumulus): dichte, zich opstapelende wolken, die vooral bij sterke zonnestraling in de zomer ontstaan. Zeer hoog reikende cumuluswolken gaan vaak over in onweerswolken (cumulonimbus);
2. Stratuswolken: homogene, grauwgrijze wolkenlagen, die op sterk uiteenlopende hoogten voorkomen. Een dichte, tot grote hoogte reikende stratuswolk met meestal laaggelegen basis is de echte regenwolk (nimbostratus), waaruit langdurig regen valt;
3. cirruswolken: sluierachtige of gevederde wolken op grote hoogte. Zij bestaan uit ijskristalletjes. Als zij vanuit het westen naderend en lager komend, snel dichter worden, zijn zij meestal de voorboden van een depressie;
4. schaapjeswolken: watachtige, in regelmatige rijen gerangschikte lichte wolken op 3 tot 5 km hoogte (altocumulus); ook wel zeer kleine, vlokkige wolken op zeer grote hoogte, in groepen of rijen zonder enige schaduwtekening (cirrocumulus).
