Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Gepubliceerd op 03-12-2020

wilgen

betekenis & definitie

bomen of struiken die vooral aan waterkanten en op andere vochtige plekken groeien. Zij zijn tweehuizig.

Hun mannelijke zowel als hun vrouwelijke katjes bezitten honingorganen en worden op zonnige voorjaarsdagen druk door bijen bezocht, die er de eerste honing van het jaar halen. Het zachte hout heeft weinig waarde, maar de lange, dunne takken (wilgetenen) worden wegens hun buigzaamheid en taaiheid voor het maken van hoepels om vaten en voor vlechtwerk gebruikt. De katwilg eigent zich daar in het bijzonder voor en wordt daarom wel aangeplant langs rivieroevers en op andere geschikte terreinen. In het hooggebergte en nabij de polen vindt men wilgedwergstruiken van slechts enkele cm hoog, die zich vlak tegen de bodem drukken.

< >