De „alcoholische gisting” wordt bewerkstelligd door de in de gist ontwikkelde gistingsfermenten; ze splitsen de in vruchtesappen of water opgeloste suiker in alcohol en kooldioxide; zie wijn en koolstofverbindingen. Men maakt er gebruik van bij de alcoholwinning en bij het bakken.
Door de gasvorming wordt het deeg tot rijzen gebracht; zie brood. De „melkzuurgisting” die het zuur worden van de melk veroorzaakt, wordt opgewekt door melkzuurbacteriën; het „rottingsgisten” van bedorven eiwitstoffen wordt veroorzaakt door verrottingsbacteriën. Zoals wij door het ademen lichaamswarmte winnen, krijgen rottingszwammen en gistingsbacteriën de voor hun bestaan nodige energie door de opsplitsing van de gistende stoffen.
